Aanstelling “bouwmeester – maître architecte” van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geschorstEr is een overheidopdracht voor diensten uitgeschreven met het oog op het aanstellen van de “bouwmeester – maître architecte” van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Daartoe is de mededingingsprocedure met onderhandeling gevolgd.
Er werden twee offertes ingediend. Op 19 december 2019 en op 16 januari 2020 heeft de regering beslist om alleen te onderhandelen met de inschrijver wiens offerte gerangschikt is als “zeer goed”, namelijk de huidige “bouwmeester – maître architecte”, terwijl die van verzoeker gerangschikt is als “goed”.
Bij arrest nr. 247.291 van 12 maart 2020 schorst de Raad van State de tenuitvoerlegging van beide voormelde beslissingen.
Wat de beslissing van 19 december 2019 betreft, stelt de Raad van State vast dat voor de beperking van het aantal offertes waarover onderhandeld moest worden geen toepassing gemaakt is van de gunningscriteria uit het bestek, hoewel dat voorgeschreven is bij artikel 38, § 7, van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.
In verband met de beslissing van 16 januari 2020, waarbij de beslissing van 19 december 2019 “vervolledigd” is, stelt de Raad van State vast dat de regering de offertes zelf in twee categorieën ingedeeld heeft en zich zo in de plaats gesteld heeft van het adviescomité dat volgens het bestek de offertes in categorieën diende in te delen na de mondelinge presentaties van de inschrijvers bijgewoond te hebben, zodat de aanbestedende overheid zich zodoende niet aan haar eigen bestek gehouden heeft. (12/03/2020) |